Ik reis met zo min mogelijk spullen.
Onlangs ben ik in Kroatië, Griekenland, Spanje en een aantal andere landen geweest. Telkens tien dagen en met een tas die ik makkelijk kon tillen.
Ik ken veel mensen die zweren bij een rolkoffer, maar ik vind het fijn als ik mijn tas onder de stoel voor mij kan stoppen zodat hij nooit uit mijn blikveld is. En trouwens, de eerste keer dat ik een rolkoffer over kinderkopjes naar boven wilde rollen, was meteen ook de laatste keer.
Als je het mij vraagt draait ‘packing light’ niet om hoe je je t-shirts oprolt of je sokken in je schoenen stopt. Die trucjes helpen maar een beetje. Wil je echt licht reizen, dan moet je twee keuzes maken voordat je richting het vliegveld vertrekt.
1. Weet vooraf wat je wilt dragen
Sorry, maar er is geen ruimte voor ‘opties’. Ik heb het nooit begrepen als iemand met een té zware koffer tegen me zei: “Ik wist niet wat ik aan moest trekken”. Als je minder had meegenomen, was de keuze op vakantie ook makkelijker geworden.
De kans is groot dat je voor vertrek al ongeveer weet wat je gaat doen. Als je weet wat voor weer het ongeveer wordt ('s nachts koud, maar overdag strandweer), de activiteiten die je gaat doen (wandelen vraagt om een steviger schoeisel dan een dagje strand), en hoe formeel je je moet kleden voor sommige plekken (in historische kathedralen moet je vaak je schouders en knieën bedekken), dan weet je wat voor soort kleding je in moet pakken.
Er zijn slechts een paar nuances - het is ideaal als je meerdere outfits samen kunt stellen - maar je kunt je outfits makkelijk een week vooruit plannen. Op deze manier sleep je nooit onnodig schoenen mee de oceaan over terwijl je ze toch niet draagt.
Tegenwoordig heb ik aan paar 'reisuniformen' die ik draag tijdens reizen binnen gelijkwaardige klimaten. Hou je vast: Mallorca 2015, Corsica 2016 en Athene 2014.
Dezelfde schoenen, hetzelfde shirt, dezelfde broek en dezelfde tas - en dezelfde trui, totdat hij op was.
Niet alleen droeg ik exact hetzelfde op iedere trip, ik droeg het ook praktisch iedere dag. Wat me bij de volgende keuze brengt:
2. Accepteer dat je alles meer dan eens draagt
Je kunt niet voor iedere avond een andere trui meenemen en voor iedere dag een andere broek als je een lichte tas wilt. In neem meestal één trui mee, een broek, een sjaal - van alles één behalve t-shirts, sokken en ondergoed. In die categorie neem ik de helft van het aantal dat ik nodig ga hebben mee. Ook neem ik een klein flesje wasmiddel mee.
Nogmaals, sorry.
Misschien heb je geen zin om je sokken te wassen en te drogen in de wastafel van je hotelkamer, maar kom op: je mag best een grens stellen. Misschien betekent dat een hotel zoeken met een wasservice. Doe wat je fijn vindt. Maar niets scheelt meer plek dan het lozen van een extra jasje en 'dinsdag'-schoenen.
Ik geeft toe dat er een paar dingen zijn die dit makkelijker maken: ik hoef maar voor één iemand spullen in te pakken. Ik heb geen kinderen met spullen die per se mee moeten. Ik hoef niet te reizen voor werk en ieder moment er smetteloos uitzien. En hoewel ik ook het andere heb gedaan, houd ik toch vooral voor vakanties in warme oorden. Ik ga niet doen alsof ik ski's meeneem in mijn handtas.
Wat ik wel heb gemerkt: of ik nu naar zonnig Florida ging of regenachtig Londen, voor drie dagen of tien, deze twee keuzes hebben een enorm verschil gemaakt in 'packing light'.